Bunkernummer
E6
Oud Bunkernummer
BE7
Lokatie
Eke
Toegankelijkheid
Niet meer van toepassing. Is gesloopt.
Aantal kamers

3 achteraan verbonden kamers en een sas.

Aantal schietgaten
2
Type geschut
1 x MI en 1 x AC
Bijhorende vuurrichting
Zuid - Zuidwesten

Korte beschrijving van de bunker

  • Uitwendige kenmerken.
  • Volledig ommuurd met baksteen.
  • De bunker had in totaal 3 puntgevels.
  • Al het houtwerk was standaard uitgevoerd in Noors rood dennenhout tenzij anders vermeld.
  • Alle schietgaten en het schijnwerpergat zaten verborgen achter luiken in gegalvaniseerd plaatijzer waarop houten raamprofielen waren gekleefd om het geheel nog meer specifiek het uitzicht van een echt raam te geven. Deze luiken openden in 2 richtingen en waren elk 0.55m x 1,60m ( BxH).
  • Daarnaast had hij alvast nog 1 vals raampje in de puntgevel gericht op de steenweg (zichtbaar op oude foto's).
  • Achteraan was ook nog een vals raam aangebracht om het aanzuiggat van de manuele ventillator te camoufleren.
  • De meest rechtse ruimte was de ruimte waar een schijnwerper en de manuele ventillator waren opgesteld.
    • Deze manuele ventillator diende om de kanonkamer bij gebruik in overdruk te kunnen zetten zodat giftige dampen van het vuren via het schietgat naar buiten zouden gedreven worden.
    • Het aanzuiggat voor de ventilator kwam uit in het uitwendige stuk van het toegangssas.
    • Voor het aanzuiggat van de manuele ventillator bevond zich een doorboord verzinkt plaatijzer diameter 650mm en 10mm dik om ingooien van ener welk object onmogelijk te maken.
    • Deze kamer was met een metalen deur afgescheiden van de kanonkamer daarnaast.
    • Het schijnwerpergat zat verborgen achter een Noors houten luik gekleefd op een (houten) plaat van 0.60m x 0.60m, openend in 1 richting.
    • Aan de binnenzijde van het schijnwerpergat was nog een klein metalen luik voorzien met het formaat van 0.50 x 0.80 m (BxH). Dit was om te verhinderen dat op het ogenblik dat de schijnwerper in het gat stond, er projectielen binnen in de bunker zouden kunnen vliegen.
  • De middenste kamer was een kamer voor de opstelling van een vast opgesteld C47 kanon.
  • In deze kanonkamer bevond zich
    • Een vast op rolwagen voor en achteruitschuifbaar vast opgesteld C47 kanon.
    • Een ventillatiegat waarlangs lucht naar binnen geduwd kon worden via de in het kleine kamertje daarachter aanwezige manuele ventillator. Op die manier konden giftige dampen via het schietgat naar buiten geperst worden.
    • Allicht had deze kamer ook een aantal meters etagères met leggers in eikenhout.
    • Een verzinkte hanghaak aan het plafond voor ophangen olielamp (in vredestijd)
  • De meest linkse kamer was dan de mitrailleurkamer.
    • In deze kamer was voorzien:
      • 3.50 meter etagères met leggers in inlandse eik.
      • Een inlands eiken plankje van 0.32m x 0.12m x 0.06m met ijzeren steunen voor de plaatsing van een kogelpers.
      • 6 zware geschilderde hanghaken voor ophangen materialen in de kamers
      • Een verzinkte hanghaak aan het plafond voor ophangen olielamp (in vredestijd)
      • 1 chardome en chardomeplaat voor de standaard opstelling van een Maximmitrailleur
  • Achteraan deze mitrailleurkamer was er een observatiekoepel.
    • Onderaan de koepel bevond zich een luikje van 0.48m x 0.56m en de koepel zelf kon worden bereikt via 9 in het beton ingewerkte sporten van 0.80m, diameter 25mm.
    • Vanuit de koepel vertrok 3.50 meter stemdragerbuis om vanuit de koepel orders te kunnen doorgeven naar de mitrailleurkamer.
  • Het toegangssas kwam uit achteraan de kamer met de manuele ventillator en de schijnwerper.
  • Om het bunkertje te betreden was het toegangssas voorzien van enkele in beton gegoten treden. Beneden in dit sas was een sterfputje voorzien.
  • Een vrij stijl en groot zadeldak was opgetrokken in hout en bedekt met rode mechanische pannen.
  • Het globale uitzicht was dit van een klein boerderijtje zoals er in de buurt wel meerdere te vinden waren. Dit was zeker een van de meest unieke bunkers op de linie qua camouflage als boerderijtje.
  • Structuur.
  • Hij bevatte drie naast elkaar gelegen kamers en een sas.
  • Het was één van de bunkers die men beschrijft als bunkers ter verhindering van de directe doorbraak naar Gent toe. Daarom was hij ook voorzien van een vast opgesteld 47mm kanon.
  • De meest links gelegen kamer was voor een vast opgesteld 47mm kanon.
  • De middenste kamer was voor het opstellen van een mitrailleur. Achteraan deze kamer was ook een manuele ventilator voorzien om de kanonkamer in overdruk te kunnen zetten.
  • De uiterst rechtse kamer was voor het opstellen van een lichtprojector op de weg.
  • Het sas kwam uit tussen de twee meest rechts gelegen kamers.
  • Opmerkingen.
  • Het is een voorliniebunker op het steunpunt Eke tussen E5 (95 m) en E8 (155 m). Hij was in hoek opgesteld met E5 om zo samen een groter zichtsveld en vuurbereik te hebben. Daarnaast was hij ook nog eens om dezelfde reden in hoek opsteld met de 1-kamersmitrailleurbunker E8.
  • De bunker was voor de mitrailleurkamer naast de standaard voorziene Maximmitrailleur ook voorzien voor de opstelling van een Hotchkiss- of Coltmitrailleur.
  • Voor de bouw van de bunker werd een stuk grond onteigend van 1 are 62 ca. Dit was gespreid over de percelen Eke sectie B kadastraal perceel 523a en 524.
  • Perceel 523a was een perceel gekadastreerd als een zandwegel tussen de toenmalige Audenaardse Steenweg (heden de oude Steenweg) en enkele waterlopen meer oostelijk, nog voor de Schelde. Langs deze weg lag op de zuidkant ook nog een hoeve maar ook die is heden verdwenen.
  • Perceel 524 lag zuidelijk van deze wegel en hiervan werd een bijkomend perceeltje aansluitend met voorgaande wegel onteigend voor de bouw van de bunker.
  • Om de bunker ten allen tijde te kunnen bereiken, werd er een permanente erfdienstbaarheid voorzien op de zuidkant van deze wegel over een strook van 2 meter breed en 45 meter lang, te tellen vanaf de toenmalige Oude Steenweg.
  • Voor de bouw van de bunker diende deze strook van 2 meter voor een periode van 8 maanden na het tekenen van de akte uitgebreid te worden tot een strook van 5 meter breed om de bouw van deze bunker mogelijk te maken. Ook dit verliep over de bestaande zandwegel.
  • De bijhorende akte werd op 7 december 1934 voor akkoord getekend voor de prijs van 1800 BEF. De eigenares was Mevr. Irma De Pelichy, woonachtig te Gent.
  • Daarnaast bevatte de akte ook een clausule voor een jaarlijkse intrest op dit bedrag van 5% wat in dit geval toch neerkwam op het bedrag van 90 BEF per jaar.
  • Erfdienstbaarheden, zowel de permanente om de bunker ten allen tijde te kunnen bereiken, als de tijdelijke die standaard werden in de aktes voorzien met een termijn van 8 maanden voor de bouw van de bunker mogelijk te maken, gingen net zoals het uitkeren van toegekende intresten pas in voege, van zodra de eigenlijke werken voor de bouw van de bunker werden aangevat, ongeacht de tijdsperiode die op die manier verstreek tussen aankoop van de gronden en de eigenlijke bouw van de bunker zelf.
  • Ondanks dat het terrein voor de bouw van de bunker ooit werd onteigend kreeg dit in het toenmalige kadaster geen nieuw kadasternummer of aparte index toegekend.
  • Van de originele kadasternummers is heden nog nauwelijks iets terug te vinden. Dit komt omdat de bunker letterlijk op de terreinen moet gelegen hebben die daarna nog eens werden onteigend voor het rechttrekken van de oude steenweg, wat resulteerde in de huidige N60.
  • Ook de bunker E8 moet in dezelfde rechttrekking van de steenweg gesloopt zijn rond dezelfde periode. Vermoedelijk spreken we hier over de jaren '70.
  • Het moet in elk geval een van de fraaiere bunkertjes op de linie geweest zijn maar er is in elk geval heden niets tastbaars meer van terug te vinden.
  • Gezien zijn locatie op de linie zal het nooit de echte strijd om het bruggenhoofd meegemaakt hebben en hier dan ook nooit sporen van gedragen hebben.
  • Het bunkertje zijn aandeel in het bouwproject B bedroeg origineel 73.556,24 Bef. Met inbegrip van wat gemeenschappelijke kosten zoals onder andere de niet individueel verdeelde beplantingen moet deze prijs allicht opgetrokken worden tot 73.765,24 Bef. Als men hier nog eens een aantal zaken gaat bijtellen die niet dienden ingecalculeerd te worden door de bouwfirma's maar rechtstreeks werden aangeschaft door de militaire overheid zoals bv chardomes, koepels, ventillatoren,... moet de totale kostprijs ongeveer op 75.915,24 Bef hebben gelegen.
  • Ter info: 1 BEF in 1934 komt ongeveer overeenkomt met een bedrag van 74 BEF (1.84€) in 2013, een "factor 74" dus.

Routebeschrijving om deze bunker te vinden

  • Het proberen localiseren van waar dit bunkertje ooit stond, zit niet meer zo eenvoudig. De Zandweg waarvan sprake bestaat nog altijd maar werd heel wat ingekort door de aanleg van de N60. De bunker moet zo goed als zeker ongeveer gelegen hebben waar heden de brug over hetzelfde beekje ligt met de N60.
Bijhorende foto's

Voorstudie van deze verdwenen bunker. Het plannetje is echter wel verduidelijkend van waar de bunker ooit moet gestaan hebben.

De schietsector is letterlijk de oude steenweg (heden N60) komende van Oudenaarde.

Gezien het opnieuw een bunker tegen directe doorbraak betrof, hield hij perfect deze hoofdweg naar Gent onder schot.

Onteigeningsschets van toepassing op deze bunker. Dat de bunker werd gesloopt voor het rechttrekken van de steenweg valt ook niet te verbazen omdat de bunker in het verlengde van deze bocht stond. Heden bestaat de zandwegel die ook bij de onteigening wordt vermeld nog zo goed als vanaf het terrein dat ooit werd onteigend.
Terreinschets zoals bij de bouwplannen terug te vinden. Aan de noordkant van het terrein liep de zandweg om het terrein te bereiken.
Grondplan van deze bunker ter verhindering van de directe doorbraak. Deze bunker was dan ook voorzien van een vast opgesteld 47mm kanon (onderste kamer), een mitrailleurkamer (middenste kamer) en een schijnwerper op de weg (bovenste kamer). Heel merkwaardig is dat men achteraan de mitrailleurkamer een aparte ruimte had voorzien voor de manuele ventillator. Hierdoor was de achterbouw van deze bunker ook wel vrij ruim.
Dwarsdoorsnede AB. Ook de achterbouw (toegangssas), was in dit geval voorzien van een zadeldak met een derde bijkomend puntgeveltje.
Langsdoorsnede CD ter hoogte van de kamer voor de schijnwerper en het toegangssas.
Langsdoorsnede EF ter hoogte van de mitrailleurkamer.
Langsdoorsnede GH ter hoogte van de kamer voor het vast opgestelde 47mm kanon. Op dit plan maakt men dus melding van rode mechanische pannen. Deze kamer was met een metalen deur afgescheiden van de rest omdat zij met de manuele ventillator onder druk moest kunnen worden gezet om de vuile lucht van het vuren van het kanon naar buiten te persen.
Dakplan met de toch wel groter extra puntgevel op de achterbouw.
De plannen van deze bunker werden echter nog vrij grondig herzien. Zo werd de achterbouw volledig gewijzigd. Het komt er in feite op neer dat het aparte kamertje achter de mitrailleurkamer voor de manuele ventillator werd geseponeerd.
Het herziene grondplan waarbij de ruimte voor de ventillator gewoon werd uitgewerkt als een vergroten van de mitrailleurkamer. Om de achterbouw qua uitzicht niet te drastisch te wijzigen, volgde na deze aanpassing de baksteencamouflage hier het beton niet meer. Dit zal wel een aanzienlijke besparing in beton betekend hebben op dit bunkertje.
Detailschets van de aangepaste manuele ventillator bij deze bunker. Links de ventillator zelf, achteraan de mitrailleurkamer. Rechts de wijze waarop de grote ingebetonneerde buis uitkomt achteraan de kanonkamer.
Een tweede schets van dit buizensysteem horende bij deze ventillator.

Actueel kadasterplan anno 2015.

Hierop is het niet zo een eenvoudig opdracht de originele onteigening nog te herkennen. Als je eens nauwer toekijkt, zal je vaststellen dat de zandwegel (die nog altijd bestaat) naast de beek, heden gewoon nog start vanaf het terrein waar ooit de bunker stond.

Hiernaast een luchtfoto van Gis-Vlaanderen, anno 2007. Dit omvat het originele terrein waarop de onteigeningen spreken. Je ziet duidelijk het beekje noordelijk van het terrein.
Prachtfoto van deze perfect gecamoufleerde bunker tegen directe doorbraak in intakte vorm. De foto is genomen door doortrekkende troepen van de Duitse 225 ID. Deze divisie vocht niet mee aan Bruggenhoofd Gent maar trok er zeer kort na de gevechten wel door richting Leieslag. (Foto: Boek Heemkring Scheldeveld, jaarboek XXXVI 2007 - collectie Peter Taghon)
Dat foto's zeker niet altijd zo uniek zijn mag opnieuw ook blijken uit nevenstaande foto die allicht een uitgesneden foto betreft van hetzelfde origineel. (Foto: Replica)
Oude foto van bunkertje E6 te Eke
Duitse troepen van de 225 ID poserend voor deze bunker bij hun doortocht te Eke. (Foto: Boek Bruggehoofd Gent - Erik Janssen)
Daar de wegensituatie totaal niet meer klopt met deze van toen, moet de bunker praktisch op het uiteinde van dit wegeltje gesitueerd worden, ter hoogte van het brugje over de beek.
De meest logische locatie van waar de bunker ooit zal gestaan hebben.
Wel merkwaardig is dat op het weilandje, niet zover achter de meest logische lokatie, nogal wat puin te vinden is in de ondergrond. De oorsprong van dit puin is bij de huidige eigenaar zelfs niet gekend. De kans dat het echter iets met de bunker te zien heeft gehad is nihil tot onbestaande. Mogelijks is dit terrein nog gebruikt als stapelplaats bij de aanleg van de N60.